De zon schijnt en de lucht is stralend blauw, de maand juni is begonnen! Juni werd in het oud Nederlands ook wel de zomermaand genoemd, maar staat ook bekend als weidemaand. De vogels en insecten zijn overal te horen en de geuren van allerlei planten hangen heerlijk in de lucht. De uienbollen op de zaaistrook staan prachtig te bloeien, evenals een aantal andere één- en tweejarigen die aan hun bloei zijn begonnen. Denk bijvoorbeeld aan de goudsbloem, de korenbloem, de margriet, dille, de klaproos en de leeuwenbekjes. Verder staan in de borders de vrouwenmantel, de salie en de anijsplant volop in bloei. Niets is fijner dan tijdens een zwoele avond te genieten van deze mooie pracht met een hapje en een drankje.

Afhankelijk van het weer en de groei, is het goed om het gras één keer per week te maaien. Tijdens droge periodes moet het gras royaal en regelmatig worden besproeid. Om uitdroging te voorkomen kan het beter zijn om te wachten met maaien tot het avond is. Het gras zit volop in de groei en daarom kan het beter zijn om het gras minder vaak te maaien en iets langer te laten. Kale plekken kunnen goed worden hersteld door gras bij te zaaien. Het is belangrijk dat de messen van de grasmaaier scherp zijn, want botte messen kunnen uitdroging van grassprieten veroorzaken.

Het is goed om het wieden van onkruid in de borders vol te blijven houden. Bij aanhoudend mooi weer hebben de planten in de borders veel besproeiing nodig. Eenmaal per week enkele uren sproeien werkt beter dan dagelijks een kwartier.

Het is goed om de groei op de zaaistrook te blijven controleren en uitgebloeide bloemen af te knippen. De planten steken hun energie dan in de nieuwe bloemknoppen in plaats van het ontwikkelen van zaad. Als er wel zaadjes zijn ontwikkeld, bewaar dit zaad dan voor het volgende seizoen. Het is belangrijk om het wieden van onkruid met de hand nog even vol te houden tot de bodem helemaal is bedekt. Wees alleen niet al te rigoureus met het wieden, want zaailingen van vorig jaar en nieuw zaad kunnen ondertussen ook tevoorschijn komen. Let goed op wanneer het klimaatdoek kan worden verwijderd en dek de nog kale gedeeltes en kleine kiemplantjes af met wat stro. Let op dat het plaatsen van slakkenvallen dan heel belangrijk wordt, omdat de slakken nu nog beter bij het lekkere jonge groen kunnen komen. Leeg de slakkenvallen daarom regelmatig en vul ze steeds opnieuw met bier. Bij aanhoudend mooi weer hebben de plantjes water nodig. Voor de zaaistrook geldt dat de jonge plantjes meerdere malen per week een flinke plens water nodig hebben. Kijk daarbij goed uit dat het jonge groen niet wordt beschadigd.

Gazon
Afhankelijk van het weer en de groei is het goed om het gras één keer per week te maaien (3,5 cm snijhoogte) het liefst in de avond. Probeer kale plekken opnieuw in te zaaien. In droge perioden moet het gras royaal en regelmatig worden besproeid.

Borders
Blijf het wieden met de hand nog even volhouden. Bij aanhoudend mooi weer hebben de borders en alle andere beplanting veel besproeiing nodig. Eenmaal per week enkele uren sproeien werkt het beste.

Zaaistrook
Controleer de groei op de zaaistrook. Blijf het wieden met de hand nog volhouden. Wees alleen niet al te rigoureus met het wieden, want zaailingen van vorig jaar en het nieuw gezaaide zaad zijn ondertussen ook tevoorschijn gekomen. Leeg de slakkenvallen regelmatig. Bij aanhoudend mooi weer hebben de kiemplantjes regelmatig extra water nodig.